maandag 9 mei 2011

Fashion faux pas - formidabele modeflaters


Foto's met jezelf erop zijn nogal... confronterend. Op onverwachte momenten word je ongevraagd gewezen op modeflaters en bad hair days uit een ver verleden. Gisteren bezorgde moeders mij een cd-rom vol ingescande negatieven, keurig per jaar gesorteerd. En zo zag ik mezelf opnieuw opgroeien, van een bleek, verlegen jongetje tot een hysterisch uitgedoste puber met geblondeerd punkhaar.

Met mode had het weinig te maken. Des te meer met een ongebreidelde experimenteerdrift. Laten we bij het haar beginnen. Zo'n beetje in de tweede klas van de middelbare school gaan kinderen op zoek naar hun eigen identiteit. Dat doen ze door zoveel mogelijk op andere kinderen proberen te lijken. Ik dus ook. Daarom liet ik mijn haar in een mat groeien en liet ik het voor de volledigheid door de kapper met zuur bewerken zodat er een coupe ontstond die weliswaar Bon Jovi bedoeld was, maar Dennie Christian uitpakte. En aangezien mijn klasgenootjes zich op merkgympen verplaatsten, stapte ik al snel rond op een paar O'Hara's, regelrecht uit de Scapino. Zelfs de leraar Engels lachte me er om uit.

Dat lachen verging de meesten al snel toen ik een 'eigen stijl' ontwikkelde. Die term moet even tussen haakjes, want wat maakte ik er een werk van... Wat nog aardig casual begon met opzichtig gebloemde of anderszins gedessineerde overhemden, eindigde in het laatste jaar van de middelbare school in totale gekte. Ik zal proberen een aantal outfits te omschrijven.

1) Een zwart bolerojasje op een grasgroen geverfde Levi's 501 met geblokte bolle neuzenschoenen.
2) Een spijkerjack, door midden geknipt en met een veter aan elkaar geregen. Een spijkerbroek eronder, met één pijp in repen gescheurd aan de voorkant, en één aan de achterkant.
3) Een gebreide trui, waar ik heel grunge gaten in had gebrand met een aansteker.
4) Één stropdas als riem, een tweede om mijn hoofd.
5) Twee van die gebloemde overhemden over elkaar, de een met de ander dichtgeknoopt.
6) Een lange witte opa-onderbroek met soldatenkistjes eronder. Om het hoofd een bandana met doodskoppen er daar weer bovenop een rieten sombrero.
7) Mijn Bassie-pak: een zwarte pantalon, een roezelbloes van Mac & Maggie, daaroverheen een roze mutsjas met vleermuismouwen met daar weer overheen een zwart gilet.
8) Spice Girls-schoenen met rubberen zolen van tien centimeter. Een afgeknipte spijkershort. Een leren gilet met een afgeknipt hemdje eronder. Een enorm yin- en yangteken om mijn nek.
9) Een ruitjesoverhemd zonder mouwen. Die mouwen droeg ik weer over een ander overhemd.
10) Een spijkerbroek met wijd uitlopende pijpen, gemaakt van een Arafat-sjaal.
11) Een legerjas met de Duitse vlag erop.
12) Mijn amoebe-broek: met witte verfvlekken erop, omzoomd met zwarte stift. Eronder een paar zwart/witte puntschoenen.
13) Mijn variatie op de smoking: het witte overhemd los uit de broek, het vest eronder en een jasje vol buttons en speldjes erover.

Met die stift toupeerde ik ook mijn haar, zodat het én zwart werd én in een opstaande kuif kwam te staan. En die bleef staan ook, aangezien ik er ongeveer een spuitbus haarlak per week doorheen joeg.

Helaas zijn lang niet overal foto's van gemaakt. Dus het 'Pics or it didn't happen'-principe dat tegenwoordig geldt moeten we in dit geval maar even laten varen. En al noem ik het nu modeflaters, stiekem ben ik er best trots op dat ik er zo bij durfde te lopen in het oerconservatieve dorp waar ik vandaan kom.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten