vrijdag 27 mei 2011

De ongekende jarentachtig-luxe van Dynasty

Ik zit dus al ruim een week vastgezogen in een Dynasty-tornado. Vijf seizoenen heb ik besteld, van elk zo'n 24 - 30 afleveringen. Aanvankelijk dacht ik: een of twee afleveringen per week moet lukken. Maar inmiddels spendeer ik er zoveel vrije tijd aan dat ik aan mijn zelf opgelegde verplichtingen als kranten en tijdschriften lezen of mezelf stuktwitteren niet meer toe kom. Maar wat geeft het: inmiddels heb ik er dik anderhalf seizoen opzitten.

Het kijken van Dynasty zorgt voor ernstige flashbacks naar de jaren tachtig. En wat wij mensen ons destijds voorstelden bij termen als 'ongekende luxe.' Die luxe bestond uit lange limousines met chauffeur, met op de achterbank een enorme telefoon. Maar wel eentje met druktoetsen! De gewone mens moest het stellen met een van PTT geleend draaischijfmodel met een krulsnoer. Mensen die de pech hadden dat hun nummer voornamelijk uit negens en nullen bestond, werden veel minder vaak gebeld dan diegenen met enen en tweeën. Want wat duurde dat lang zeg, een nul draaien! Vaak vloog je vinger ook nog uit de bocht bij het draaien - dus uit het gaatje - en kon je weer helemaal opnieuw beginnen. Draaaaaaaaaai: tik tik tik tik tik tik tik tik tik tik. Draaaaaaaaaiii: tik tik tik tik tik tik tik tik tik. Nee, dan maar gewoon met pen en papier een brief schrijven.

In Dynasty hadden de families ook massa's personeel rondlopen. Een majordomo genaamd Joseph, een naamloze kok, Jeannette en nog drie huishoudhulpen, de woest aantrekkelijke tuinman slash paardenmanager Tony, Marcy de secretaresse, de eerder genoemde chauffeur natuurlijk. Uiteraard lieten Krystle en Blake alles naar het huis of kantoor komen. Zo lag de pedicure aan het voeteneinde van Krystles canapé en liet Blake zijn haar knippen terwijl hij belangrijke orders inspecteerde.

Thuis hadden we die luxe niet. Niemand die ik kende had dat. Het enige personeel dat bij ons over de vloer kwam was een kraamhulp, als er bij tijd en wijle weer een baby bijkwam. Het waren altijd fris ruikende meisjes die in een handomdraai het hele huishouden omtoverden in een chaos. Na twee dagen hing de keuken vol onnodig vaak gewassen handdoeken, luiers, washandjes en ander textiel dat voorhanden was. Intussen rende zo'n meisje dan achter je aan omdat ze spelletjes met je wilde doen. Waarschijnlijk dacht ik: 'heb jij geen baby te verzorgen of moet je mijn moeder niet helpen?' Maar intussen genoot ik met volle teugen van de privileges van zo'n kindermeisje. Ik liet ze mijn eerste schrijfsels zien, die ze luid kirrend bewonderden. Heerlijk, al die aandacht!

Een ander groot verschil met ons, de gewone mensen, waren de huizen in Dynasty. Alexis had een lift in haar woonkamer. Wij niet (waarschijnlijk ook omdat onze woonkamer zich op de begane grond bevond, maar dat terzijde). Blake en Krystle hoefden alleen maar te gaan zitten en automatisch schoten de dienstertjes toe met een zwaarverzilverde koffiepot uit de Louis Quatorzetijd. Bij ons thuis was het hannesen geblazen met een thermoskan en dubbelklappende filterzakken. Bij ons in de tuin groeiden geen in strakke vierkanten geschoren heesters, maar gewoon gras. En we kregen bij onze geboorte al helemáál geen zilveren rammelaar met onze namen erin gegraveerd.

Nee, wij kenden luxe van een heel andere orde. Namelijk de Astra Bioscoop in Klazienaveen. Het was een bioscoop zoals we die tegenwoordig niet meer kennen, met verschoten pluche stoelen en hoogpolige vloerbedekking. Anno 2011 zou het er muf ruiken, maar in die tijd mocht er gewoon gerookt worden in de zaal. De stoelen zaten dan ook vol brandgaten en bij sommige scènes van 'Three Men In A Baby' (tikfout, maar hij blijft) kon je door de rook de ondertiteling niet eens lezen. Maar wat een heerlijkheid, die bioscoop. Om de twee of drie stoelen zat een buzzer, waarmee je eten en drinken kon bestellen. Het personeel sloop dan naar je toe en noteerde je bestelling. Na wat glasgerinkel achterin de zaal kwamen ze terug met het lekkers: meestal bifiworstjes en waterige cola. Bij het afrekenen ging het altijd mis, waardoor er gedurende de hele voorstelling bezoekers door het gangpad kropen op zoek naar hun kleingeld. Maar wat gaf het: we wentelden ons in het geluk van een eigen bediening, en als je je ogen een beetje dichtkneep was de zaal met z'n houten lambriseringen en met stof beklede wanden nét de balzaal uit de Carrington Mansion!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten